Brussel, 14 februari 2020. 2 op 5 jongeren die dagelijks moeten rondkomen met een leefloon hebben dankzij de steun van het OCMW de mogelijkheid aangegrepen om in 2019 een diploma middelbaar of hoger onderwijs te behalen. Dit blijkt uit een onderzoek uitgevoerd door de studiedienst van de Federale Overheidsdienst Maatschappelijke Integratie en Armoedebestrijding.

    lijn

    Het aandeel jongeren in de totale leefloonpopulatie is hoog: 1 op 3 leefloners was anno 2019 jonger dan 25 jaar. Dit komt aldus neer op maandelijks gemiddeld 46.913 jongeren waarvan 20.626 (2 op 5) vorig jaar studeerden dankzij een geïndividualiseerd project voor maatschappelijke integratie voor studenten (GPMI-studenten). 

    Dit GPMI is een traject dat met studenten wordt opgemaakt om hen te helpen meer greep te krijgen op het leven. Dankzij deze overeenkomst krijgen de studenten zowel een duidelijke individuele begeleiding op maat, alsook een of meerdere duidelijke doelen om samen met het OCMW naar toe te werken. Het OCMW krijgt hiervoor in ruil van de Federale Overheid een bijkomende subsidie van 10% van het bedrag van het toegekende leefloon om de begeleidings- en activeringskosten te dekken.

    Sinds de invoering van het GPMI voor studenten is hun aandeel in de totale leefloonpopulatie verdubbeld van 22,1% in 2003 tot 44% in 2019. Het algemeen aandeel jongeren met het leefloon is in dezelfde periode slechts toename van 26% in 2003 tot 32% in 2019 waardoor we kunnen we stellen dat de maatregel populairder werd. 

    De studiedienst vergeleek vervolgens de beschikbare gegevens van de studenten met andere gegevensbronnen via de Kruispuntbank van de Sociale Zekerheid om zo 1 jaar na afloop van het GPMI-traject de socio-economische positie te bepalen. De mogelijke categorieën zijn: werk, werkloosheidsuitkering, leefloon, een ander vervangingsinkomen of een andere situatie zonder inkomen uit een van de vier vorige categorieën.

    Uit de analyse blijkt dat 1 op 3 van de jongeren die een GPMI-traject voor studenten volgden (31,2%), één jaar na het aflopen van hun parcours een job hebben. Dit is lichtjes hoger dan de 26,1% van de leefloonjongeren zonder GPMI. 

    Opmerkelijker is wel dat slechts 7,4% van de GPMI-studenten na 1 jaar terug te vinden zijn in de werkloosheidscijfers tegenover 19,7% van de niet-GPMI-studenten. 

    Consulteer de studie